De naam Hans

Hebr. Johanan `Jahweh is genadig'. Voor de populariteit van de naam komt in de eerste plaats in aanmerking Johannes de Doper, geboortefeest op 24 juni. Vervolgens noemen we de discipel van Christus, broeder van Jacobus (Marcus 1,19 e.e.), vanaf de 4e eeuw wordt hij `de theoloog' genoemd; kerk. feestdag: 27 dec.

johannes de doper

Aanvankelijk was de naam Jo(h)annes vooral in de Oosterse Kerk populair, maar met de Kruistochten begon de naam in het Westen door te dringen. Daar werd het in alle landen al vroeg de meest voorkomende naam. Aanvankelijk werd de naam in de Lat. vorm Joannes gebruikt (de Gri. vorm is Ioannes). De vorm Johannes (onder invloed van het Hebr.) is sinds de Renaissance en Hervorming de meest gebruikelijke geworden. Vele heiligen hebben de positie van de naam nog versterkt, we noemen hier slechts enkelen: Joannes Chrysostomus, een van de belangrijkste Oosterse kerkvaders, geb. ca. 354 in Antiochië, aanvankelijk monnik en kluizenaar, in 398 patriarch van Constantinopel; gest. in 407; kerk. feestdag: 27 jan.

Johannes de Doper

Tot de ouderen behoort ook Joannes van Damascus, in 675 geb. in Damascus. Hij is bekend door zijn dogmatische geschriften; gest. 749; kerk. feestdag: 27 maart; Joannes van Nepomuk, hij werd van belang voor de Kerk in Oost-Europa, martelaar in 1393; kerk. feestdag: 16 mei (zie Nepomuk). In Du. kwam de naam op in de 8e eeuw: Johannes, Meerbach 730 (Socin); in Zuid-Ndl. in de 9e eeuw: Iohannus, in het jaar 829 getuige in Gent (Mansion). Het was een van de zeven chr. namen in de 9e eeuw in West-Vla. en in de 10e eeuw kwam hij zeven maal voor op 35 chr. namen (Leys 1958, 4). In Noord-Ndl. dateren de oudste voorbeelden uit de 12e eeuw: Iohannes, deken in Utrecht, 1116; Johannes de Hancvorde, cijnsplichtige in Berg, 1142/5 enz. (Gysseling 1966, 10). Zie ook Johanna, Hans en Jan.